Het vervoer: ik heb bussen zien rijden, maar dat is dan ook alles. Er zijn bushokjes, maar er is geen dienstregeling. Je weet dan ook niet welke bus waarnaartoe gaat, als er al eentje stopt. Een normale taxi is er nauwelijks. Degene die er is, is vrij duur. De populaire manier waarop iedereen zich hier verplaatst is met kleine busjes, die pas vertrekken op het moment dat het helemaal vol zit. De eindbestemming is niet bekend. We hebben er (nog) geen gebruik van gemaakt, maar ik vermoed dat je gewoon zegt waar je naartoe wil, en dat je een een hele toer krijgt, waarbij af en toe iemand eruit gelaten wordt, wanneer die zijn of haar bestemming bereikt heeft. Zodra er weer plaats is, wordt er getoeterd. Je hoort dan ook een voortdurend getoeter op straat.
Eigenlijk is eigen vervoer het beste in Johannesburg.

Johannesburg is verdeeld in een aantal wijken: in het noorden staan voornamelijk de villa`s. Daar wonen vooral de blanken. Het is hier ook heel normaal om je huis te beveiligen met stroomdraad bovenop je hekwerk:

Meer naar het centrum is er het financieel centrum, omgeven door wijken waar vooral niet-blanken wonen. Het is er veel levendiger. Tegelijk is er veel achterstallig onderhoud. Op de één of andere manier zit men er daar niet mee. Putdeksel ontbreken. Mocht iemand het gat dat daardoor ontstaat, niet zien, en vallen, dan staat men zonder morren op. Het leven speelt zich op straat af. Het is dan ook niet meer dan logisch dat de muur van een bepaald pand gebruikt wordt voor persoonlijke advertenties:
Er wordt veel gewassen. Op elk balkonnetje hangt wel wat was te wapperen:
Doorheen Johannesburg liggen veel parken. Grotere, kleinere, maar elk park heeft wel speelmogelijkheden voor de kinderen:

Aan de rand van een aantal buitenwijken van Johannesburg liggen townships. De bewoning bestaat vooral uit soort keten van golfplaat, of op elkaar gestapelde stenen, met wat klei ertussen. Centrale WC, een centraal punt waar water getapt kan worden. Elk huisje heeft een ton waar het water in opgeslagen wordt. Ook hier zie je veel was aan lijnen hangen. Een gemeenschap op zich.
Hier en daar zijn er projecten opgestart om iets extra`s voor deze mensen te betekenen. Eén van die projecten is het Nursery School Project `Eagles nest`, in het township grenzend aan Alexandra. Kinderen worden hier opgevangen van wie de ouders of pleegouders overdag niet thuis zijn, om welke reden dan ook. Er wordt gezorgd dat de kinderen te eten krijgen, dat ze medicijnen krijgen als blijkt dat ze ziek zijn. Veel van de kindertjes zijn besmet met het HIV-virus. Door deze kindertjes tijdens de opvang veel positieve geluiden mee te geven, hoopt men dat ze in de toekomst zich kunnen ontworstelen aan de situatie waar ze nu in zitten. Er wordt ook veel met de ouders gepraat.

ABSA, een dochterbank van Barclays waar zoon R werkt, doet al enige jaren aan sponsoring van dit project. Niet met geld. `Wij hebben geen geld nodig, wij hebben spullen nodig`, aldus de Principal van de Nursery School. De ene keer schenkt ABSA dekens en matrasjes voor de kinderen, de andere keer voedsel, weer een andere keer wordt ervoor gezorgd dat ze vooruit kunnen met een naaiproject, dat door de medewerkers van de Nursery School opgezet is.

Het stadsbestuur renoveert hier en daar wel, maar zolang er geen sociale zekerheid is, zal het probleem niet opgelost worden, zullen dergelijke townships zich alleen maar verplaatsen, vrees ik…..