Als je iets koopt voor 5 euro, en je verkoopt het later voor 10 euro, dan heb je een goede deal gesloten, normaal gesproken. Je moet natuurlijk allerlei gemaakte kosten van die 10 euro aftrekken. Je houdt verder rekening met de BTW, en met eventuele andere belastingen. Als er dan nog steeds iets overblijft, ja, dan mag je spreken van winst. Meestal bewaar je die winst als buffer voor tijden waarin het minder gaat. Of je gebruikt je winst om investeringen te doen. Non-profitinstellingen zijn er in principe ook op gericht om winst te maken. De wereldwinkel is een Stichting. Winst maken is niet het doel, maar het is wel prettig om een zodanige omzet te draaien, dat na aftrek van de kosten iets overblijft om op een renterekening te zetten. Dat potje kan dan in geval van nood aangesproken worden. Die nood was er de afgelopen periode: 1. De ruimte waar voorraad opgeslagen was, en waar mijn werkplek een hoek had, werd heringedeeld. Ik heb nu een apart hok, het is nog even wennen (minder lebensraum), maar het functioneert. De rest van de ruimte is inderdaad beter benut. 2. De winkel zelf heeft ook een herinrichting ondergaan. Leuk dat je dan zo’n potje hebt. Want ja, het moet ergens van betaald worden.

Kortom: winst maken is prettig.

Dan lees je in de krant dat Shell een winst over het tweede kwartaal gamaakt heeft van meer dan 2 miljard euro. Niet gek, denk je….Maar nee, grote paniek. De winst in de vergelijkbare periode vorig jaar was een stuk hoger. De schuld van de lagere olieprijzen….Om de winst weer op het oude niveau te brengen, moeten er drastische maatregelen genomen worden: reorganisaties staan op stapel, en er zullen ontslagen vallen.

De Shell: waar een winst van meer dan 2 miljard euro gezien wordt als een verlies…