En dan heb ik het over de overcapaciteit op de digitale snelweg.

Wij spelen automatisch mee met de Staatsloterij. Al enige tijd geleden hebben we ermee ingestemd dat de loten van de Staatsloterij ons niet meer toegestuurd worden, maar dat je de lotnummers kunt bekijken op ‘Mijn Staatsloterij’. Als beloning kregen we een extra lot. Na de trekking kun je kijken of je prijs hebt. Wij zijn van die types die wel merken of we prijs hebben…..dan is er iets op de rekening bijgestort.
Afgelopen donderdag, 10 juni, was er weer een trekking. Een dag na de verkiezingsuitslag. De VVD de grootste partij. Ja, dan zitten wij waarschijnlijk wel in de hoek waar de klappen gaan vallen. Dan is een leuk prijsje in de Staatsloterij mooi meegenomen. Wat we nooit gedaan hebben, deden we nu wel: we wilden op ‘Mijn Staatsloterij’ onze nummers checken. Dat lukte echter niet.
Door drukte op de website is de site slechts beperkt toegankelijk. Als u wilt weten of u prijs hebt, kunt u bellen….lokaal tarief. Inmiddels zijn we twee dagen verder, en nog heeft de website last van overcapaciteit. Daar snap ik dus niets van. Een site die weet dat-ie door talloze mensen bezocht zal worden, moet daar toch op berekend zijn.

Sinds een paar maanden ben ik aan het twitteren geslagen. Best wel grappig. Ieder gebruikt het twitterfenomeen weer op een andere manier. Er komen steeds meer twitteraars bij. Sommige mensen schrijven geen weblog meer, maar zenden talloze tweets achter elkaar de wereld in. Als je ze achter elkaar leest, wordt het weer een weblog. Tijdens de verkiezingsdebatten heeft ieder wel een opmerking of een mening. Cabaretteske oneliners vieren hoogtij. Kortom: er wordt wat afgetwitterd de laatste tijd. Houden de software-ontwikkelaars rekening met deze verhoogde activiteit op twittergebied? Nee dus: regelmatig komt het de laatste tijd voor dat de site ‘over capacity’ is vanwege ’too many tweets’. Please try again later. Of je was al ingelogd, maar je wilt naar iets anders schwitchen: ‘Oeps! something went wrong. Try again.’

Je kunt wel een website de lucht in slingeren, maar je moet natuurlijk mee evolueren met de mate waarin de site bezocht wordt, en de mate waarin gebruik gemaakt wordt van het systeem.

De Staatsloterij en de Twitterorganisatie laten in ieder geval zien, hoe het niet moet.