Afgelopen week is onze schoonzus overleden. Ze had kanker. Begin van het jaar werd dat ontdekt, op een moment dat de kanker eigenlijk al in een te ver gevorderd stadium was, om hoop op een goede afloop te hebben. Maar er werd gedokterd, gechemood en bestraald. Het leek te helpen. Trynke hipperde weer op, ze ging zelfs weer als juf voor haar klas staan. Lesgeven aan kinderen van de basisschool was haar passie. Maar dan ook echt het lesgeven. Al die burocratische onzin lapte ze vaak aan haar laars. Ze was wel in voor een grapje: zo liet ze haar leerlingen eens na afloop van een dictee gokken hoeveel fouten ze dachten gemaakt te hebben in het dictee. Als het aantal fouten juist was voorspeld, dan volgde een beloning. Zo kon het gebeuren dat Pietje 8 fouten had, maar achter in de klas uitriep: ‘Yesss! Goed gegokt.’Het duurde maar zes weken, die opleving. Een bacterie die het lichaam binnenviel, werd haar teveel.

Vrijdag was de begrafenis. In Winsum, Groningen. Vanuit Tilburg niet naast de deur. Onderweg naar Winsum stopten we even voor een koffiepauze. De kroegbaas van het café vertelde dat hij eens bij familie in Canada op bezoek was. ‘Nou jong, vandaag gaan we een kopje koffie drinken bij een vriendin van mij. Wil jij rijden?’ Dat wilde hij wel. De reis ging naar een dorpje 400 mijl verderop. Toen de koffie op was, na een uurtje, gingen ze weer terug. Afstanden….in Nederland wordt daar vaak zo bekrompen over gedacht, wilde hij maar zeggen.

Het was een mooie dienst. Heel informeel eigenlijk. Het leven moest gevierd worden. De muziekkeuze was heel gevarieerd. De mensen die naar voren kwamen om iets te zeggen, deden dat met zoveel verve en zoveel humor, dat je kon denken dat aan hen een goede conferencier verloren gegaan is.

Na afloop van de dienst gingen we in colonne achter de rouwauto aan naar de begraafplaats. Een lange sliert van allemaal bolletjes, parapluus, want het regende dat het goot. De begraafplaats lag aan de rand van het dorp. De plek waar Trynke begraven werd, was heel open. Een weids uitzicht. In films zie je wel eens shots van boven van een begrafenistafereel. Een handvol mensen rond een graf, in the middle of nowhere. Die middle of nowhere was hier ook wel een beetje van toepassing, maar het aantal mensen dat om het graf gedromd was, was ontelbaar.

Terug in de kerk was er gelegenheid tot het nuttigen van een hapje en een drankje. Of, zoals op de kaart stond: gelegenheid tot het drinken van de roodste rode wijn.

We zullen Trynke missen.