De Vereniging van Eigenaren van ons wooncomplex bestaat tien jaar. Dat vond het Bestuur wel een goede reden om alle bewoners een dagje uit aan te bieden. Het is niet helemaal een sigaar uit eigen doos, omdat het betaald werd uit de inkomsten die we als complex hebben met de plaatsing van een tweetal zendmasten, maar een beetje wel natuurlijk. Vooraf is nog wel vergaderd over die plaatsing vanwege eventuele stralingseffecten, maar het geldelijke gewin won het toch van de mogelijke effecten op de gezondheid.

We gingen naar de Biesbosch. De Brabantse Biesbosch; je hebt ook nog de Sliedrechtse Biesbosch en de Dordrechtse Biesbosch. Een goed gevuld dagje.
Hotel de Brabantse Biesbosch was de basis van waaruit de activiteiten ontplooid werden:

Je hoefde bijvoorbeeld maar even de benen te strekken, en je had goed zicht op het komen en gaan van bootjes door de nabij gelegen sluis:

Er stond ook een uitgebreider wandeling op het programma:

Bies, riet, wilg, griend. Er is nog een wandelpad, maar verder wordt er tegenwoordig weinig meer onderhouden in veel gebieden binnen de Biesbosch. Knotwilgen worden niet meer geknot, riet wordt niet meer gesneden, omgevallen bomen en riet dat loslaat in het water….lekker laten liggen. Als een knotwilg met wortel en al omvalt zodat de onderkant van de boom zichtbaar wordt, wordt die onderkant vaak weer gebruikt door bepaald soort vogeltjes die er hun nest maken. Hout dat blijft liggen wordt vaak gebruikt door de inmiddels talrijke bevers. Kortom, in het niet recreatieve deel van de Biesbosch laat men de natuur haar gang gaan.

In de buurt van het Hotel ligt het Biesbosch Museum. Op het pleintje voor dat museum staat het beeld van een biesboschwerker. Die mensen verbleven van maandag tot en met zaterdag in kleine huisjes die her en der op de grienden in de Biesbosch stonden. Er zijn er nog een aantal bewaard gebleven. De werkers sneden riet, en snoeiden de wilgen. Met hun buit gingen ze naar huis en verkochten dat aan de verwerkers van riet en wilgentakken. Hard werken, maar je had een boterham. Tegenwoordig zou je daar je boterham niet eens meer mee verdienen.

Een dagje Biesbosch kan niet voorbijgaan zonder boottochtje. Met de fluisterboot. Voortgedreven door 23 accu’s, goed voor vijftien uur varen zonder dat de accu’s opgeladen behoeven te worden. Zo’n rondvaarttrip past zich ook aan de natuur aan. In het natuurgebied worden waterdoorgangen niet uitgebaggerd, zodat het kan voorkomen dat je met de kano nog wel verder kunt, maar met een fluisterboot niet meer.

Tussendoor hadden we gelegenheid genoeg voor ons natje en droogje. Koffie met gebak, lunch, diner, borrelen.