Vandaag is Driek van Wissen overleden. Een hersenbloeding.
Jaren geleden hebben we hem uit eigen werk horen en zien voordragen tijdens de nacht van de literatuur in de Schouwburg te Tilburg. Hij zag er niet uit, toen al niet, maar zijn soort van humor was een welkome afwisseling tussen de serieuzere voordrachten. We hebben hem daarna niet meer zo gevolgd. Toen hij jaren later ‘Dichter des Vaderlands’ werd, keken we elkaar aan, en zeiden: Ja, waarom niet…..? Geen run naar de winkel om het laatste of voor mijn part het één na laatste werk te kopen….nee, wij associëren Driek eigenlijk vooral met dat éne optreden. Niet goed natuurlijk, dat wij Driek beoordelen op slechts één optreden, en hem verder niet echt volgden, maar toch…
De sigaret
Ik draai mijn kleine kankerstaven,
want dan alleen vind ik mijn draai,
hoezeer ik ook mijn longen haven
als ik de witte scepters zwaai.
Wanneer ik rook met overgave
heb ik geen angst meer voor de kraai,
die mij dolgaarne wil begraven
en voel mij onbereikbaar high.
Al zal ik ook door sigaretten
straks uitgeteerd ter ziele zijn,
ik blijf mij nog vol vuur verzetten
tegen de heerschappij van Hein.
Laat hij gerust zijn zeis maar wetten,
ik leg een veilig rookgordijn.
Ik vond hem een soort opvolger van Drs P. Maar die leeft nog zag ik in de wiki P dia.
En mensen moet doen waar ze plezier in hebben en waar ze een ander mee denken te plezieren. Volgens mij was ie daar best goed in.
Ach, ook al dood…
Mooi gedicht, veelzeggend.
Ik zal het laatste zinnetje ‘Niet goed natuurlijk, maar toch…’ wat aanpassen, Bertie. Dat kan inderdaad tot misverstanden leiden. Wij waren juist gecharmeerd van hem, maar ik bedoelde te zeggen, dat het niet goed is om iemand te beoordelen op één optreden, en hem verder eigenlijk niet te volgen…
Dit is ook een mooie.
Ik vond hem wel leuk, al kraakten de literureluren hem af.
Poezie hoeft toch niet altijd zo kunstig te zijn? (Ik spreek als cultuurbarbaar, dat snap je.)