We gebruiken op het werk een drie-in-één printer: scannen, kopiëren en printen. Dat printen gebeurt met een kleine zwarte cartridge, een grote zwarte cartridge en met een blauwe, rode en gele cartridge. Vijf aparte inktcartridges dus. De wereldwinkel moet nogal eens iets uitprinten, of kopiëren, dus zo’n vulling gaat redelijk snel op. Om de kostenpost niet al te groot te laten worden, door steeds een nieuwe inktcartridge te kopen, laten we ze hervullen. So far so good.

Je kunt die lege cartridges niet zomaar laten vullen. Nee, de chip moet ook nog gereset worden, anders denkt de printer dat-ie nog leeg is, en wordt het document niet afgedrukt. Een printer die denkt. Het zou wat zijn: je hebt net je leeggedronken flesje water opnieuw gevuld met water, maar je krijgt geen water in je mond omdat je hersens denken dat het flesje nog steeds leeg is.

Nou ja, goed, we doen het ermee. Inktcartridges kun je echter niet ongelimiteerd blijven hervullen. Ze gaan slijten. Je zult ze toch een keer moeten vervangen door nieuwe. En wat gebeurt? Er komen steeds vaker cartridges op de markt die niet meer gereset kunnen worden. Je kunt ze wel hervullen, maar zonder chipreset denkt de printer dus, dat de cartridges leeg zijn….

Je wordt gedwongen om steeds nieuwe inktcartridges te kopen. In die fase zit de wereldwinkel nu….

Vraag me niet waarom de printer denkt zoals die denkt, want ik snap er niets van. Natuurlijk zijn er van die techneuten die de de printer via de computer allerlei opdrachten kunnen geven, waardoor de printer anders gaat denken, maar ik ben al blij als ik printopdrachten kan geven, en lege cartridges kan vervangen door volle.