Over een paar weken barst het carnaval weer los. Voor de één betekent dat een aantal dagen verstand op nul, blik op oneindig. Meehossen met de massa. Even niets. Voor de ander betekent dat ‘zorgen dat je weg komt’. Voor weer een ander is dat het moment om de eigen fantasie de vrije loop te laten. Je ziet creaties, vergelijkbaar met wat mensen uit de kast trekken tijdens roze maandag of de gay-parade.

De grote groep echter kijkt of er nog iets leuks in de kast hangt. Zo niet, dan zijn er verschillende winkels die rekken vol hebben hangen met carnavalskleding. En allerlei accessoires natuurlijk. Je zou zeggen: voor elk wat wils. Maar ja, in de verschillende steden of regio’s bemerk je toch een net iets andere modetrend. Zo hoorde ik van iemand die vanuit Eindhoven naar Maasticht ging om daar haar carnavalsoutfit bij elkaar te scoren. Zo loop je er in Eindhoven toch net iets anders bij, dan de anderen. Niet iedereen is zo handig met naald en draad.

Tijdens carnaval kom je ook een hoog boerenkielgehalte tegen. Ik heb me er nooit in verdiept waar die voorliefde vandaan komt. Misschien is er een groep die graag onderdeel wil zijn van de eenheidsworst.

Mocht je in Brabant wonen: voor de eenheidsworstliefhebbers is er nu een speciale carnavalsbrabantsjaal. (Je bent pas een Brabander als je er één draagt.)

Truttiger kan bijna niet.

PS: Wij zullen niet weglopen voor het carnaval, maar we zullen het ook niet opzoeken.