Tilburg kent twee stadskranten: de Tilburgse Koerier en het Stadsnieuws. Eerstgenoemde verschijnt eenmaal per week, de ander tweemaal per week. Ze worden huis aan huis verspreid. Meestal verdwijnen ze ongelezen in de papierbak. Vooral wanneer je een abonnement hebt op een regionaal dagblad. In dit geval het Brabants Dagblad, waarin een katern Tilburg Plus opgenomen is.
Een aantal wijken in Tilburg hebben daarnaast hun eigen nieuwskanaal: een Nieuwsflits, een folder of een heuse wijkkrant. De wijk waarin wij wonen, Tilburg Oud Noord, heeft haar eigen wijkkrant. Nou ja, had, want komend weekend komt het laatste nummer uit.
De wijkkrant had een betaalde kracht als coördinator. Betaald door de gemeente als een soort subsidie. Bezuinigingen zorgden ervoor dat de betaalde kracht zijn tijd niet meer voor de wijkkrant kon inzetten. de vrijwilligers die achterbleven kregen meer taken op hun bordje. Het lukte niet goed nieuwe vrijwilligers aan te trekken. Totdat de noodkreet mij via partner bereikte: de wijkkrant zocht een coördinator, maar elke andere hulp was ook goed. Ik informeerde. Het bleek dat er aan het mailverkeer lange tijd niets gedaan was. Ik wierp me op om de mailbox te beheren. Op die manier kon ik me het reilen en zeilen eigen maken, en van het één het ander laten komen. Dat gebeurde ook wel: ik stuurde degene aan bijvoorbeeld die zich met het advertentiegebeuren bezig hield. Via advertenties hield de wijkkrant zich staande. Het was dus belangrijk daar zorgvuldig mee om te springen.
Er komt van alles de mailbox binnen. Kopij voor het volgend nummer natuurlijk, persberichten, verzoeken om een verhaaltje over dit of dat bedrijf te schrijven. Enzovoorts. Ook persberichten van de Gemeente ‘onder embargo’. Personen van wie je nog nooit gehoord hebt, krijgen dan een week later een legpenning of een gouden dasspeld of wat dan ook uitgereikt uit handen van de wethouder, of soms de burgemeester zelf. Het betreft meestal personen die lange tijd als vrijwilliger voor de één of andere organisatie gewerkt hebben.
Maar ja, toen deed het idee van de participatiemaatschappij zich voelen: twee redactieleden konden het qua tijd niet meer opbrengen om zich voor de wijkkrant in te zetten. Thuis waren ze al zo veel tijd kwijt de participatiemaatschappij in de praktijk uit te voeren. Nieuw bloed diende zich niet aan, ondanks oproepen via verschillende kanalen. Toen de advertentieman ook nog van de ene dag op de andere dag met zijn werkzaamheden stopte, ja toen besloot het Bestuur van de wijkkrant de stekker uit de papieren uitgave te trekken.
Er is een website in de maak. Te zijner tijd kunnen de wijkraad, buurthuizen en parochies op die website hun ei kwijt. Een deel van de lezers zullen ze kwijt zijn, want ouderen lezen toch liever van papier. En ik eerlijk gezegd ook, vooral als het langere artikelen betreft. Bovendien bladert een papieren krant zo gezellig.
Maar goed. Er staat nog saldo op de bank. Wie weet dat er over enige tijd een doorstart van de papieren wijkkrant komt.